Je vindt het langs de zwarte zeekust. Slingerend langs de haarspeldbochten van de zwarte zee rijden we door kleine dorpjes, hebben we prachtige uitzichten over de turkoois kleurende zwarte zee, rijden we langs verlaten stranden, kamperen we midden op het strand, zien we mooie zonsondergangen en ervaren we wederom de gastvrijheid van de Turken. 

Na ruim 2 uur rijden zijn we dan toch echt Istanbul helemaal uit. Ik heb het al gezegd, maar wat een immens grote stad! Via de snelweg op naar de zwarte zeekust. Een lange rijdag naar de Zwarte zeekust volgt en de Turkse vrachtwagens hebben er zin in vandaag. Een voor een halen ze ons in. Tegen het einde van de middag vinden we een mooi plekje om te overnachten. Vanavond wordt het wildkamperen op het strand. Johannes rijdt de auto het strand op, wat een mengelmoes is van kiezels en zand en de auto wordt geparkeerd op zo’n manier dat we vanuit onze tent uitzicht hebben op de zwarte zee. We krijgen al vrij snel bekijks van daggasten van het strand, die onze tent en auto maar al te interessant vinden. Een Duitse man van Turkse komaf komt naar ons toe en vraagt of we nog iets nodig hebben, want wil maar al te graag iets voor ons regelen of halen. ‘Tomaten? Brood? Of water misschien?’ vraagt hij. Tja, heel lief, alleen we hebben alles al. Even later komt een meisje met een fles ijsthee aanzetten om dit aan ons te geven. Haar vader wacht zo’n 10 meter verderop, geeft ons een grote glimlach en steekt zijn duim in de lucht. Nog even een foto moment en ze gaan weer verder.

Langzaam aan wordt het donker, verdwijnen de badgasten en zitten wij met z’n tweeën met ons bordje pasta op schoot naar de ondergaande zon en zee te staren.

We hebben het idee om lekker vroeg te gaan slapen, alleen daar denkt het ‘musikhol’, een houten schuur met van die kerst knipperlichtjes aan de buitenkant en op zo’n 50 meter asfatnd van ons, anders over. Rond 20.30 uur komen er twee auto’s aangereden, gaan de lichtjes en muziek aan en de volumeknop ver omhoog. Het idee van wij tweeën samen in volle rust op dit verlaten strand, blijkt toch niet helemaal te kloppen. Ik loop naar de mannen toe en doe nog een poging om de muziek wat zachter te krijgen en vraag tot hoe lang dit gaat duren. In deze hele ‘musikhol’ zijn namelijk maar drie mannen aanwezig, dus die kunnen toch prima met z’n drieen zachtjes naar muziek luisteren, zou je zeggen? Ik krijg echter als antwoord dat het nog wel tot een uurtje of 3 in de ochtend doorgaat, dus ik vrees dat we toch de auto moeten gaan verzetten. Tent inklappen en de auto verplaatsen maar. Door het zand, in het donker, rijden we de auto zo ver door, totdat we alleen nog maar de zee horen.

De volgende morgen is het een verrassing wat we aantreffen, aangezien we in het donker aankwamen. Een prachtig uitzicht op de turkoois blauwe zee, omslaande golven, kiezels, zand en, zie ik daar nou nog meer spullen liggen? Ja helaas ook overal troep. Resten van sigaretten, plastic zakjes, drinkflesjes, snoeppapiertjes, een plastic recycle bedrijf zou er wel raad mee weten. Het is zo zonde, een prachtig land met zo’n prachtige natuur, waarom dan toch niet even die troep meenemen? 

Na de tent te hebben ingepakt is het spannend of de auto het mulle zand met zijn kiezels uit wil komen, hij heeft zichzelf namelijk aardig ingegraven afgelopen nacht. We graven de banden wat uit, leggen er grotere stenen voor en ik wil het off-road rijden wel eens ervaren, dus stel Johannes voor om de auto de weg weer op te rijden. Onze Landcruiser heeft er wat moeite mee deze ochtend. Na een paar keer afslaan lijkt de auto te gaan rijden, maar helaas staat onze Toyota na zo’n 10 meter toch weer stil. Na opnieuw te starten, word ik toch een beetje zenuwachtig als ik wel gas geef, alleen de banden nog geen grip lijken te vinden. Hoewel het een prachtig stukje strand is zouden we hier toch niet graag met een lege accu staan. Gelukkig is de auto hier voor gemaakt en na een aantal pogingen vindt hij grip en rijden we de weg weer op.

We stoppen voor de lunch bij het kleine kustplaatsje Amasra, waar een dame voor onze neus een heerlijke Turkse pizza klaarmaakt in de steenoven.

Als toetje krijgen we verse rijpe vijgen op uit de vijgenboom die naast het restaurantje staat. 

Op de camping voorbij Amasra worden we begroet door een Nederlandse jongeman, afkomstig uit dit dorpje, die hier op vakantie is en in Groningen woont. Dat er veel Nederlanders, afkomstig uit Turkije, een bezoek brengen aan Turkije in de zomer, is ons ondertussen wel duidelijk geworden. Waar we bij binnenkomst in Turkije dachten, ‘hier zullen we niet zoveel Nederlandse kentekens meer tegenkomen’, zien we er tot nu toe toch aardig wat. 

De volgende dag staat de spectaculaire kustweg van Amasra naar Sinop op het programma. Een belevenis is het zeker. Al slingerend klimmen en dalen we over de weg van de zwarte zee kust. Het ene moment rijden we naast de kust, het andere moment klimmen we hoog de bergen in en heeft onze Toyota het af en toe wel even pittig met de hoogtemeters die we maken en de haarspeldbochten die we door mogen rijden. Af en toe ontsnapt er dan ook wel wat zwarte rook uit de uitlaat. Als we een gemiddelde van 40 kilometer per uur halen, is het veel. De uitzichten maken echter veel goed. Vergezichten over de turkoois kleurendruk zwarte zee, verlaten stranden, groene heuvels en bergtoppen, het lijkt af en toe wel tropisch. 

Op de camping in Sinop volgt een ontspannen dagje, waarna we de Zwarte zeekust verlaten en de binnenlanden van Turkije inrijden, waar het direct een stuk droger is. Onze stop wordt Amasya, daar schijnt een bijzondere hammam te zijn en het lijkt mij heerlijk om eens een Turks bad met behandeling uit te proberen. Alleen laat ik nou net op de dag komen dat deze alleen toegankelijk is voor mannen. Johannes heeft al eens een hammam ervaring gehad en vond die ene goede scrubbeurt wel voldoende, dus geen hammam voor ons hier.

Het stadje, wat verborgen tussen de rotsen ligt, is echter zeker de moeite waard om te bekijken. Zo bezoeken we de graftombes, die voor diverse doeleinden gebruikt zijn door de jaren heen. Zo werden ze eerst gebruikt om koningen in te begraven, maar later werden ze ook ook als gevangenis gebruikt. Ik moet zeggen, geen verkeerde plek voor een gevangene, je hebt namelijk een prachtig uitzicht over dit stadje.

De nacht brengen we door in het Ilk pension, nog helemaal in stijl van een armeense villa uit de 18de eeuw. Heerlijk om zo af en toe eens even de auto een nachtje te laten staan en de luxe van een dik matras weer te mogen ervaren.

Fris en fruitig trekken we verder de binnenlanden in de volgende morgen, op naar het sprookjesachtige landschap van Cappadocia.  

 

 

 

 

6 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *